vrijdag 23 november 2018

Falderappes

Mijn dochter vroeg gisterenavond of het woord falderappes bestond. 'Nee', zei ik beslist.
'Hoezo?'
Ze had het woord net in een berichtje gebruikt aan een klasgenoot die nogal verwonderd had gereageerd.
Ik opperde het idee dat het iets grieks was of latijn
Nee, dan had ze het geweten, zei ze.
Ik raakte ongerust over haar geestelijke gesteldheid: zou ze teveel woordjes moeten leren, dat haar hersens nu zelf woorden aan gaan maken die helemaal niet bestaan?
Gelukkig bood google uitkomst. Het woord bleek te bestaan, maar met een andere spelling :-))) En toen rolde vanmorgen dit eruit:

Er was eens een reus
die had elke dag jeuk
aan zijn puistige neus
en dat vond hij niet leuk!

Hij was minder gevaarlijk
dan reuzen meestal zijn
alleen zijn jeuk was onbedaarlijk
maar hij deed niemand pijn.

Als hij een kind had gevangen
voor lunch of ontbijt
en het boven zijn mond liet hangen
kreeg hij direct spijt

en zei: Hee jij, krab'es!
aan de neus van reus Falderappes

De reus had altijd trek
maar ieder kind bleef gespaard
Ze hingen rond zijn bek
In zijn snor en in zijn baard

Met een schoffel en een harkje
schoffelden ze rond zijn neus
Het werd een keurig parkje
met bloemetjes, ja heus!

En als de reus zijn dikke neus
weer jeukte als een gek
dan trokken alle kindertjes
met hun harkjes naar die plek

En ze zongen: krab'es, krab'es.
Aan de neus van reus Falderappes!






dinsdag 20 november 2018

Ans en Jo

Ans en Jo waren 2 vissen
Die zo op elkaar leken dat
je je makkelijk kon vergissen
Als Ans geen hoedje had gehad.

Het was een heel hecht stel
Dankzij de gezonde vetten
Lekker strak in hun vissenvel
Tot ze belandden in de netten.

Jo rookte graag zijn pijpje
Dat vond Ans erg benauwd
In zo'n blikje, dat begrijp je,
Ook al waren ze getrouwd.

Nee, liefst woonde ze in de zee
Dat had toch meer cachet
Dan dat krappe blikkie, met z'n twee
Drijvend in het vet!

zaterdag 17 november 2018

Nachtbrakers



Je krakende stem brak door de nacht
Dat zelfs de sterren hun adem hielden
Terwijl de spot die jij over je lippen bracht
Dit maagd'lijk uur ontzielde.
Op schoppen kloste je door mijn slaap
Alsof je een wak moest hakken
Je lach klonk als ijzig geschraap
en brekende dode takken.



Ich hab'mein Herz in Heidelberg verloren

Het was een grauwe herfstmorgen
in mijn vijftigste levensjaar
uitgeput van alle zorgen
en zilver in mijn haar.
Toen ik naar buiten staarde
wat mijn verwachting overtrof
omdat ik de oude brug ontwaarde
vanuit Hotel Holländerhof.

Ich hab' mein Herz verloren
in deze vriendelijke stad
ergens anders ben ik geboren
maar daar ben ik alles zat
Boven de daken glanst een kroon
die 's nachts de maan vervangt
daar had de keurvorst ooit zijn troon
en alles wat een vorst verlangt.

En net als jaren geleden
gloeien de bomen in brons en goud
ik ben erg afgegleden
niets dat mij geborgen houdt.
Vraagt iemand naar mijn tranen
dan breekt mijn zere hart
zevenenzeventig volle manen
heb ik in Drenthe slechts volhard.

Ich hab' mein Herz in Heidelberg verloren
waar iedereen van verre komt
ik wil weer ergens horen
waar de achterklap verstomt.
waar ik mezelf terug kan vinden
in een vriend'lijk gesproken woord
en mij ook weer kan verbinden
met iemand die mij hoort.

Nee, in de Drentse volkscultuur
daar is niets te verwachten
die zijn me veel te zuur.
Maar tijdens lange winternachten
denk ik aan het mooie uur
dat ik voor het venster stond
en op zijn sokkel het standbeeld draaide
terwijl ik met open mond
zag dat de keurvorst even zwaaide
voor hij zijn pose weer hervond.

Op de alte Brücke, tegenover hotel Holländerhof

vrijdag 2 november 2018

Tragisch liefdesverhaal

Alie had een baantje aan de balie
ze werkte voor twee bij het beruchte UWV
ondanks de fybromyalgie
en de chronische ME
 
's avonds lag ze huilend in haar bed
te dromen dat ze door iemand werd gered
al die vervelende cliënten
voor een paar rottige euro-centen
en een gehorige, vooroorlogse aso-flat!
 
Alie had haar zinnen al gezet
op een trainer met een hippe afro-pet
hij droeg een rommelige baard,
zijn lange haren in een staart,
maar zijn overhemden waren altijd net!
 
Op een middag ging ze met hem daten
in de bedrijfskantine kon je voordelig samen eten.
Ze zaten net een half uurtje,
toen hij stikte in een zuurtje.
Of het ooit iets was geworden, zullen we
nu dus nooit meer weten.